Direct naar artikelinhoud
de gidsduurzaam leven

Heeft het wel zin dat we ons plastic afval scheiden?

Heeft het wel zin dat we ons plastic afval scheiden?
Beeld Sophia Twigt

Over het inzamelen van plastic gaan nogal wat wilde verhalen rond. Zo zou het allemaal gewoon verbrand worden en zou gerecycled plastic van slechte kwaliteit zijn. Het is inderdaad nog niet optimaal geregeld, maar toch is apart inzamelen een goed idee.

We scheiden ons afval steeds beter. Nu belandt zo’n 60 procent van het huisafval in een recyclebak – denk aan de krant van gisteren bij het oud papier, aardappelschillen in de gft-bak en een lege wasmiddelfles bij het plastic afval. De overheid wil dat driekwart van het huisafval in 2020 hergebruikt wordt. Maar inzamelen van plastic staat regelmatig ter discussie: levert het wel milieuwinst op? 

Het antwoord daarop is ja. Nog niet elke verpakking die je in de recyclezak stopt, komt terug als een nieuwe, gelijkwaardige verpakking. Maar we zijn op de goede weg.

Onderzoeksbureau CE Delft rekende recentelijk uit hoeveel plastic er in Nederland hergebruikt wordt. Van alle plastic verpakkingen die in 2017 weggegooid werden, of dat nou in een scheidingsbak was of bij het restafval, werd iets minder dan de helft hergebruikt. De cijfers laten zien welke manieren van inzamelen goed werken: 5 procent van de plastic verpakkingen kwam via het statiegeldsysteem terug, en die verpakkingen konden nagenoeg allemaal weer opnieuw gebruikt worden. We stopten 37 procent van onze plastic verpakkingen in een recyclezak, maar daarvan kon maar iets meer dan de helft daadwerkelijk opnieuw gebruikt worden. De andere helft werd alsnog verbrand. En het plastic dat bij het restafval werd gegooid? Daarvan werd uiteindelijk toch nog eenachtste hergebruikt.

Heeft het wel zin dat we ons plastic afval scheiden?
Beeld de Volkskrant

Economieverslaggever Gerard Reijn volgde vorig jaar zijn zak met lege verpakkingen naar de recyclefabriek en zag hoe de bonte mix aan materialen daar gescheiden wordt. Met magneten en sensoren worden blikken en drankkartons eruit gesorteerd. Daarna pikken optische scanners telkens één soort plastic uit de verpakkingsparade en blazen die van de lopende band. Het materiaal wordt zo uitgesplitst in blik, drankpakken, vier soorten plastic en een berg met gemengd plastic.

Plasticsoorten

De bekendste plasticsoort is waarschijnlijk pet; een waterflesje valt hier bijvoorbeeld onder. Pet is voor de afvalverwerker makkelijk te filteren en kan goed hergebruikt worden. Het is een van de weinige plasticsoorten waar weer nieuwe voedselverpakkingen van gemaakt kunnen worden, bijvoorbeeld schaaltjes voor vlees of kaas. Maar het kan ook tot truien of meubels verwerkt worden.

Flacons, bijvoorbeeld van je shampoo, zijn van het stevige HDPE gemaakt. Daar kunnen weer nieuwe flacons van gemaakt worden, of gieters, buizen en flessen voor motorolie.

Zachtere plastic bakjes, zoals yoghurtbekers, bestaan uit polypropyleen. Een deel daarvan wordt opnieuw gebruikt om verfemmers van te maken, maar er worden ook bijvoorbeeld kinderwagens van gemaakt.

Het zachtste type plastic vind je in de vele folies, tasjes en zakjes die om je eten heen zitten. Dat is LDPE, waar weer vuilniszakken van gemaakt worden. Voedsel mag er niet nog een keer in verpakt worden.

Bermpaaltjes

Waarom kan niet al het plastic hergebruikt worden? Zwarte plasticsoorten (denk bijvoorbeeld aan de vleesschaal­tjes van sommige merken) kunnen niet herkend worden door de sensors van de recyclingfabriek. Het kan hoogstens in de berg met mixplastics terechtkomen, waar laagwaardige dingen als bermpaaltjes van worden gemaakt. Volgens CE Delft levert dat alsnog milieuwinst op: dan hoeft er geen nieuwe olie of hardhout gebruikt te worden om een paaltje te maken. Maar vaak wordt het alsnog verbrand, en halen we er alleen wat energie uit.

Bij chipszakken kan het aluminium glimlaagje niet van het plastic gescheiden worden. Daarom wordt het alsnog verbrand, ook al doe je het in de recyclebak. En composteerbaar plastic, dat juist vaak om de biologische tomaten en avocado’s zit, daar valt al helemaal niks meer uit te halen. Het composteert namelijk niet snel genoeg om mee te gaan in de gft-stroom, en het kan ook niet tot nieuw plastic verwerkt worden. Daar gaat dus ook de fik in.

De zogeheten bio-based plastics, die van bijvoorbeeld maïs gemaakt worden, zijn weer wél te recyclen. Bio-based cola­flessen zijn op dezelfde manier te hergebruiken als reguliere flessen, met als grote voordeel dat ze niet voor extra CO2-uitstoot zorgen.

Vuilniszakken voor plastic afval aan een lantarenpaal in een woonwijk.Beeld Hollandse Hoogte / Robin Utrecht

Het is echt belangrijk om plastic afval goed te scheiden: zwarte vleesschaaltjes en chipszakken horen dus bij het restafval. En alleen verpakkingen horen in de recyclezak thuis, een tandenborstel of speelgoed dus niet. Als we alleen in de zak stoppen wat erin hoort, kan de afvalverwerker het beter recyclen en er dus hoogwaardiger nieuw plastic van maken. 

Statiegeld

Statiegeld op kleine flesjes zou slim zijn: dat verhoogt de kans dat de goed herbruikbare petflessen weer ingeleverd worden, en je hebt meteen een ‘schone’ afvalstroom zonder andere materiaalsoorten. De verpakkers en supermarkten zijn hier echter tegen omdat ze het te duur vinden, en willen hergebruik op andere manieren stimuleren. Het kabinet heeft de industrie tot volgend jaar gegeven om ervoor te zorgen dat 90 procent van de petflessen wordt hergebruikt, anders komt het statiegeld er alsnog.

Als je het plasticprobleem écht bij de bron wilt aanpakken, dan moet je gewoon minder plastic gebruiken. ‘Plastic is een prachtig materiaal. Het is alleen zonde om het maar één keer te gebruiken en dan weg te flikkeren. Als we zuinig met onze energie willen omspringen, moeten we onze materialen meermalen gaan gebruiken’, schreef columnist Teun van de Keuken.

V-vlogger Lisa Koetsenruijter probeerde een week zonder plastic te leven en ontdekte dat het zo makkelijk nog niet is. Probeer maar eens mozzarella te kopen zonder plastic verpakking. ‘Je kunt het best klein beginnen. Bijvoorbeeld met het afzweren van plastic tasjes en wegwerpflesjes. Ben je toe aan een volgende stap, probeer dan eens je fles douchegel als-ie op is te vervangen door een stuk zeep en ga koffie halen met een eigen beker. Op een gegeven moment worden dit routines waar je niet eens meer bij nadenkt. Duurzame gewoonten hebben vooral zin als ze vol te houden zijn.’