Onderwijsplan: laat kinderen eerder naar school gaan en later een vervolgopleiding kiezen

Het onderwijs moet op de schop, staat in een nieuw onderwijsplan.

Het onderwijs moet op de schop, staat in een nieuw onderwijsplan. Foto: ANP/Robin Utrecht

Het hele onderwijs moet op de schop. Kinderen moeten vroeger beginnen met leren en pas later, rond hun vijftiende, de keus maken voor hun vervolgopleiding. Daardoor zullen de bekende schoolsoorten vmbo, havo en vwo op termijn verdwijnen.

Dat staat in een omvangrijk plan dat het hele onderwijs – van kinderopvang tot universiteit – vandaag heeft gepresenteerd. De ambitieuze plannen kosten in tien jaar tijd miljarden, maar alleen dan kunnen alle problemen in het Nederlandse onderwijs worden opgelost, stellen de veertien organisaties die het stuk hebben opgesteld.

Lerarentekort

Het gaat dan bijvoorbeeld om het lerarentekort, de werkdruk, de teruggelopen leesvaardigheid ongelijke kansen en de onderwaardering van het beroepsonderwijs.

Alle kinderen moeten het recht krijgen om al op 2,5-jarige leeftijd – en misschien wel eerder – twee dagen per week spelenderwijs peuteronderwijs te volgen. De overheid moet dat betalen.

,,Als de onderwijskwaliteit achteruit gaat, heb je twee keuzes: je repareert het of je doet aan preventie. Preventie is beter én goedkoper”, stelt één van de initiatiefnemers Paul Rosenmöller, voorzitter van de koepel van middelbare scholen VO-Raad.

Prestatiedruk

Kinderen moeten niet alleen op jongere leeftijd beginnen met leren, ze moeten ook later kiezen of ze een beroepsopleiding willen volgen of academisch onderwijs; rond hun vijftiende. Volgens voorzitter Alex Tess Rutten van de Landelijke Studentenvakbond (LSVb) moet daarmee de prestatiedruk die jongeren voelen worden verlicht en kansenongelijkheid bestreden. Leerlingen zitten langer in een soort brede brugklas. Onderwijsminister Arie Slob heeft al gezegd dat hij zo’n latere selectie niet ziet zitten.

Het huidige onderwijs rekent leerlingen af op hun slechtste vak, in plaats van hun grootste talenten te waarderen en te stimuleren, stellen de organisaties in hun plan. Dat moet anders. Leerlingen zouden vakken moeten volgen op verschillende niveaus, vindt Rosenmöller. ,,Zodat het aansluit bij jouw talenten en mogelijkheden.” Hij noemt het ‘een logische consequentie’ dat de begrippen vmbo, havo en vwo op termijn tot het verleden behoren.

Maatwerk

Dat betekent ook dat er veel meer maatwerk nodig is, met klassen die niet langer allemaal in dezelfde samenstelling een vak volgen. Daarvoor zijn ook meer leraren nodig, stelt Rutten. Terwijl Nederland nu gebukt gaat onder een lerarentekort.

Om mensen naar de lerarenopleidingen te lokken, moet het aantrekkelijker worden om leraar te worden. De beloning moet omhoog, de werkdruk naar beneden en het imago van het vak moet beter. Over hoe dat precies moet worden gerealiseerd, blijft het 26 pagina’s tellende stuk vaag.

Rosenmöller vindt dat leraren minder les moeten geven en ook leerlingen minder uren les moeten krijgen, zodat docenten meer tijd krijgen voor het bedenken van vernieuwde en uitdagende lessen. ,,Soms is minder beter.”

Verkiezingsprogramma's

Het plan, waarover de komende maanden wordt gediscussieerd, moet straks landen in de verkiezingsprogramma’s van politieke partijen voor de verkiezingen van 2021. Voor de oplossing is volgens LSVb-voorzitter Rutten wel ‘commitment’ nodig, die verder reikt dan de komende kabinetsperiode.

Rosenmöller is er optimistisch over dat dit ook gaat gebeuren. ,,Er zijn geen grote ideologische verschillen tussen partijen als het over het onderwijs gaat. En het probleem wordt wel erkend. Niets doen is geen optie. Dan weet je zeker dat de kwaliteit van ons onderwijs achteruit gaat.”