Nederland is in 2016 naar de vierde plek op de lijst gestegen, blijkt dinsdag uit de European Innovation Scoreboard van de Europese Commissie.
Net als het jaar daarvoor, staat Zweden op de eerste plaats. Het Scandinavische land wordt gevolgd door Denemarken, Finland, Nederland, het Verenigd Koninkrijk en Duitsland. Nederland wordt ook genoemd in de top vier van snelstgroeiende innovators.
Voor het bepalen van de innovatiekracht van de landen is gekeken naar 27 indicatoren. Het gaat dan onder meer om investeringen in vaardigheden, ondernemerschap en publiek-private samenwerking op het gebied van innovatie.
Nederland scoort relatief hoog op de kwaliteit van wetenschappelijke publicaties, het aandeel mkb-bedrijven dat aan innovatie bijdraagt en samenwerking tussen bedrijven. In zes jaar tijd is de innovatiekracht van Nederland 10,4 procent harder toegenomen dan dat van de EU.
"Door intensieve samenwerking tussen bedrijven, kennisinstellingen en overheden is innovatiekracht en daarmee het concurrentievermogen van Nederland de afgelopen jaren verder versterkt", reageert demissionair minister van Economische Zaken Henk Kamp.
Hij benadrukt dat er wel actie nodig is om ook in de toekomst hoog op de lijst terecht te komen. "Onze publieke investeringen in innovatie liggen boven het Europese gemiddelde, maar de eigen investeringen van Nederlandse bedrijven liggen daar onder", meent Kamp. "Het is nu belangrijk dat juist ondernemers extra gaan investeren in innovatie."